Printversie
Alarmering van Alerta
Personenalarmering is een hulpmiddel om de veiligheid en het welzijn van cliënten te waarborgen. Het stelt cliënten in staat in geval van nood snel hulp in te roepen. Deze informatiefolder biedt zorgmedewerkers uitgebreide informatie over de aanvraag, werking, en het gebruik van personenalarmering.
Aanvraag:
Aanvragen van personenalarmering kan via het aanvraagformulier op de website van Alerta.
Type alarmapparaat:
Alerta biedt vaste en mobiele alarmapparaten aan.
Een vast apparaat heeft een losse zender waarmee in en om het huis kan worden gealarmeerd. Het is mogelijk een tweede zender aan te sluiten en het apparaat hoeft niet te worden opgeladen.
Met het mobiele apparaat kan de cliënt overal alarmeren. De spreekluisterverbinding ontstaat via de druppel waarmee ook het alarm kan worden geactiveerd. Het is niet mogelijk een tweede zender te koppelen en het apparaat moet dagelijks worden opgeladen.
Wijzigingen en opzeggingen:
Het is belangrijk wijzigingen tijdig door te geven aan Alerta. Hierdoor beschikken we altijd over de actuele (medische) gegevens. Actuele gegevens zijn essentieel voor een goede dienstverlening. Wijzigingen en opzeggingen kunnen eenvoudig telefonisch worden doorgegeven op 074-2550080.
Rapportages:
Maandelijks worden rapportages gemaakt voor cliënten die vaker dan 4 keer per maand alarmeren. Op de overzichten is het aantal meldingen en de (zorg)vraag te zien. Aan de hand van de rapportages kan worden gekeken of er andere of geplande zorg moet worden ingezet.
Personenalarmering met eigen contactpersonen
Wanneer de cliënt een sociaal vangnet heeft, is alarmering met opvolging van contactpersonen een goede oplossing.
Waarvoor mag worden gealarmeerd?
De cliënt overlegt zelf met zijn naaste waarvoor het alarm gebruikt wordt om hulp in te roepen van een contactpersoon.
Alarmapparaat:
De klant kiest voor een vast of een mobiel alarmapparaat.
Woningtoegang:
De contactpersoon regelt met de cliënt de woningtoegang zelf zodat de woning altijd snel toegankelijk is.
Informatie voor de contactpersoon: De contactpersoon ontvangt een folder waarin de rol van contactpersoon staat beschreven. Het alarm komt binnen als oproep op de telefoon van de contactpersoon, die zo nodig zelf kan helpen of hulp kan inzetten. Als de contactpersoon de oproep niet beantwoordt, komt het alarm binnen op de meldbank. Alerta probeert dan opnieuw contact te leggen met de contactpersoon en kan uitsluitend in een levensbedreigende situatie hulpdiensten inschakelen. Bekijk de folder voor mantelzorgers.
Informatie voor de cliënt:
Als geheugensteun is een zakkaartje voor de client beschikbaar waarop de afspraken nog een keer zijn benoemd. Bekijk het zakkaartje (mantelzorg).
Personenalarmering met professionele zorgopvolging
Het personenalarm is bedoeld voor eenmalige zorg in situaties waarin directe zorg noodzakelijk is om onveilige en onverantwoorde situaties te voorkomen. Bij een alarmmelding wordt, na triage, zo nodig professionele zorg ingezet. Alleen terechte alarmmeldingen worden door Alerta doorgegeven aan het zorgteam. Zo wordt het zorgteam alleen ingezet als dit echt nodig is.
Waarvoor mag worden gealarmeerd?
Er zijn vier categorieën terechte meldingen, alle overige (zorg)vragen worden door Alerta niet via het alarm doorgegeven aan de zorgprofessional.
- Directe medische noodzaak: Alarm wordt getrieerd en overgedragen door een verpleegkundig centralist.
- Psychische of emotionele nood met veiligheidsrisico’s: Alarm wordt getrieerd en overgedragen door een verpleegkundig centralist.
- Directe veiligheidsrisico’s: Bijvoorbeeld brand of insluiper.
- Onvermogen om zelfstandig te handelen met veiligheidsrisico’s: Bijvoorbeeld valgevaar.
Let op als Alerta geen contact krijgt met de cliënt wordt altijd zorg ingezet. Meld je terug via het alarm als blijkt dat hulpinzet niet nodig was, dit kunnen we dan vastleggen.
Alarmapparaat:
De klant kiest voor een vast of een mobiel alarmapparaat. Bij gebruik van het mobiele alarm wordt alleen professionele zorg ingezet als de cliënt thuis is. Buiten de woning kan Alerta, indien nodig, de hulpdiensten waarschuwen. Alarmmeldingen komen binnen op de zorgcentrale van Alerta.
Woningtoegang:
Bij een abonnement met professionele zorgopvolging moet de cliënt ook de woningtoegang regelen. Zorgorganisaties werken met een digitale sleutelkluis, de Clavisio Smart. De cliënt kan de Clavisio Smart aanvragen via het aanvraagformulier. Zo is de woningtoegang veilig geregeld. Een andere woningtoegang is pas mogelijk na goedkeuring van de VVT-organisatie, hierin kan Alerta niet ondersteunen.
Informatie voor de cliënt: Cliënten alarmeren ook voor overige (zorg)vragen die andere manier kunnen worden opgelost. Als geheugensteun kan een zakkaartje aan de client worden overhandigd met het telefoonnummer van het wijkteam. Zo blijft het alarm beschikbaar voor urgente noodoproepen. Bekijk het zakkaartje (professionele zorg).
Alarmering voor VPT/WLZ-cliënten
Om de 24/7 zorg in nabijheid te garanderen, wordt een alarmapparaat ingezet. Het alarmapparaat wordt aangevraagd en bekostigd door de VVT-organisatie.
Waarvoor mag worden gealarmeerd?
Niet alle VPT-cliënten hebben dezelfde zorgbehoefte. Voor het alarmeren wordt onderscheid gemaakt in een lichte, middelzware en zware zorgbehoefte. Afhankelijk van de zorgbehoefte worden afspraken gemaakt waarvoor het apparaat kan worden gebruikt. Regelmatig wordt beoordeeld of de cliënt nog in de juiste categorie is ingedeeld.
Alarmapparaat:
Er wordt een vast alarmapparaat ingezet.
Woningtoegang:
Afhankelijk van de afspraken met de VVT-organisatie wordt de Woningtoegang door de VVT-organisatie of de cliënt zelf betaald.
Printversie